Pleidooi voor ecologisch navelstaren

door filosoof en publicist Bram Esser

Beeldend Kunstenaar Annechien Meier en onafhankelijk filmmaker Gert-Jan Gerlach (CulturAll tv) hebben het Laboratorium voor Microklimaten (LfM) opgericht. Het is  een kunstproject met als insteek alle facetten van de huidige klimaatproblematiek te bestuderen en te verbeelden. Klimaat is in de ogen van beide ‘laboranten’ een bij uitstek sociale kwestie en daarom staat ecologie nooit helemaal los van sociologie. 

Klimatologische problemen hebben de neiging nogal overweldigend te zijn. Wie kent niet de tabellen en de kaarten die waarschuwen voor de effecten van planeetopwarming ? Of de kaarten met blauwe vlekken die aangeven welke stukken van Europa rond 2050 onder water zullen staan? Je hebt er als individu schijnbaar geen invloed op. Het enige wat je kan doen is erover lezen en het ondergaan.

De klimatologische omstandigheden zijn moeilijk los te zien van de economische werkelijkheid. De wijze waarop wij de economie hebben ingericht parasiteert op natuurlijke hulpbronnen en de transitie naar een andere groenere economie vindt slechts langzaam plaats en dan nog is het vaak een groene saus over oude methodes. De economie van het laat kapitalisme is op zichzelf steeds meer een natuurverschijnsel geworden waar we als mensen maar half grip op lijken te hebben. Burgers zien zowel economische problemen als klimatlogische problemen als abstracte ongrijpbare processen.

Net als de economie is de ecologie een door mensen bepaalt uiterst fragiel systeem waar we het ergste van kunnen verwachten. Een klimatologische variant van een beurskrach lijkt dan ook onafwendbaar en ze zal hoogst waarschijnlijk semi permanente vormen aannemen. Onvoorspelbaarheid wordt de nieuwe status quo in de wereld, zowel wat betreft economie als de klimatologische omstandigheden en misschien ook politiek. De vraag is nu hoe we met dit besef toch weer grip op de situatie kunnen krijgen. Om te beginnen is een goede diagnose vereist zodat we afgewogen positie kunnen innemen in het debat.  

Als we het over het klimaat en de economie hebben dan is het gevoel van machteloosheid vandaag de dag pregnanter aanwezig dan ooit. De arme bevolking die in New Orleans tot de belangrijke slachtoffers van orkaan Katrina (2005) gerekend moeten worden, voelden zich machteloos toen hun huizen onder water kwamen te staan. Ze voelden zich opnieuw machteloos toen de schoonmaakwerkzaamheden werden gegund aan de veel goedkopere Mexicaanse migranten. Daar zag je hoe de open kapitalistische marktstructuur en het door mensen veranderde klimaat twee tikken achter elkaar uitdeelden aan de zwakste groepen. Begrippen als globalisering en global warming die respectievelijk gaan over economische integratie en klimaatverandering, zijn bedoeld om grip te krijgen op de toestand van de wereld. Toch zijn de begrippen misleidend. Globalisering suggereert een evenredig krimpende wereld terwijl daarvan in werkelijkheid geen sprake is. Sommige plekken komen dichter bij elkaar te liggen, terwijl andere plekken geheel niet mee doen met de global economy. Hetzelfde geldt eigenlijk voor global warming. De suggestie wordt gewekt dat er sprake is van een democratische verdeling van ellende als het om klimaatverandering gaat. Is dat terecht? Niet echt. Het is evident dat bepaalde delen van de wereld harder getroffen zullen worden door droogte of juist overstromingen dan andere delen.

In Europa zien we dat economische machteloosheid inmiddels heeft geleidt tot nieuwe semi-autarkische projecten. In Griekenland leveren boeren hun aardappels direct aan de klanten. In Duitsland, Engeland, Italië en Spanje hebben kleine en grotere gemeenschap hun eigen geld gedrukt om zich te onttrekken aan de grotere systemen en geld gewoon weer te kunnen gebruiken om in het eigen levensonderhoud te voorzien. Gemeenschappen gaan off grid zoals dat heet en onttrekken zich zo gedeeltelijk aan de externe invloeden van mondiale monetaire golfstromen.

Met het klimaat is zoiets natuurlijk niet mogelijk. Je kunt niet ineens je eigen ecologie beginnen. Of toch? Is de oplossing die veel gemeenschappen uitproberen, door off grid te gaan niet ook een goed idee voor het klimaat? Zelf je economische processen in de tang houden en zelf energie opwekken en je eigen eten telen is natuurlijk ook beter voor het klimaat. Het zorgt voor een kleinere footprint omdat voedsel niet langer over grote afstanden hoeft te worden vervoerd.

Maar misschien hoeven we ons niet direct radicaal los te snijden uit de huidige toestand en is er in de directe omgeving ook al van alles te doen. De ‘verstening’ van woongebieden is een van de belangrijkste problemen in Nederlandse woongebieden. Niet alleen voor de afwatering wat in Den Haag een probleem is maar ook voor de droogte, wat in Arnhem speelt. Op gemeentelijk niveau worden er her en der al wel initiatieven ontplooit om de stadsecologie te micro-managen. Een voorbeeld is de opvang van water op daken van kantoorgebouwen door gebruik te maken van stadstuinen. Dat water kan, bij sommige systemen, op droge dagen weer losgelaten worden.

Los van beleidsmatig en oplossingsgerichte aanpak is het echter ook van belang dat gemeentes aandacht besteden aan projecten die inspelen op publieke bewustwording voor het klimaat.

Het Laboratorium voor Microklimaten beoogt precies dat. Laboranten Annechien Meier en Gert-jan Gerlach beschouwen het als hun taak om verschillende microklimaten in de stad en het platteland te classificeren. Ze verzamelen informatie en brengen dat op zo’n manier naar buiten dat het voor een groot publiek toegankelijk is. De projecten van het Laboratorium zijn sterk gericht op publieksparticipatie en  gaan ook altijd over de sociale biotoop.

Mensen worden uitgenodigd naar hun eigen omgeving te kijken door de ogen van een laborant. Iedereen is uiteindelijk instaat een diagnose van de toestand van de wereld te maken. Je eigen omgeving blijkt een systeem te zijn en als je dat eenmaal doorhebt kun je beginnen dit op een positieve wijze te beïnvloeden. Social engineering werd lange tijd geassocieerd met grootschalige (communistische) projecten van opschaling in de landbouw tot het beïnvloeden van publieke opinie door middel van boeken en film. Er is echter ook een vorm van Social engineering denkbaar dat van onderop plaatsvindt en wordt gedragen door de deelnemers zelf. Het is dit type van kleinschalige projecten met als doel het opgang brengen van bewustwordingsprocessen, waar het Laboratorium op inzet.

Het Laboratorium bedenkt en organiseert participatie projecten waarin op speelse wijze lucht, water en aarde worden gecombineerd met kunst, mobiliteit en film. Alles beweegt en overal zijn kleine micro-organismes bezig om de wereld draaiende te houden. Wij kunnen daar als mens sturing aan geven en dat is heel wat bevredigender dan je blind te staren op een temperatuurkaart waarop de wereldbrand lijkt te zijn uitgebroken.

We kunnen het tij niet meer ten goede keren, de aarde warmt op, maar we kunnen wel leren een positieve invloed uit te oefenen op microklimaten. Een van de belangrijkste inzichten die de mens kan hebben is dat het klimaat niet alleen iets is dat ons overkomt, maar dat er in de natuur ook allerlei stromen en krachten aanwezig zijn die we kunnen gebruiken en kunnen inzetten om de wereld leefbaar te houden.

Het Laboratorium voor Microklimaten is een bemiddelingsbureau tussen mondiale klimatologische problemen en lokale gemeenschappen. Haar insteek is het om het grote klein te maken en het abstracte concreet en zichtbaar. Klimaat is een mondiaal probleem maar we moeten, in elk geval ten dele, zoeken naar lokale oplossingen zodat het zaadje van de bewustwording bij de bevolking wordt gepland.